Dit mag je bijverdienen bovenop je pensioen
Ze zijn 60, 70, 80 jaar en met pensioen. Maar ze zijn niet op rust, zeggen ze zelf. Want ze willen het werkende leven nog geen vaarwel zeggen. Hoeveel mag je bijverdienen, zodat het ook fiscaal interessant blijft?
Bijverdieners hebben daar zo hun eigen reden voor: de ene doet het voor de sociale contacten, de andere wil nog heel graag zijn stiel uitoefenen, nog iemand anders doet het omdat zijn pensioen ontoereikend is of omdat hij bang is om zich te vervelen. En dan zijn er nog degenen die graag hun ervaring aan jongeren willen doorgeven.
In 2015 waren er 73.000 gepensioneerde loontrekkenden en 23.000 gepensioneerde ambtenaren die bijklusten, of zo’n 5%. Ook het aantal zelfstandigen dat nog werkt na de pensioenleeftijd stijgt met de jaren. In 2006 waren ze met 60.000, in 2015 met meer dan 93.000, sommigen mét en anderen zonder pensioen. Volgens het RSVZ (Rijksinstituut der Sociale Verzekering voor Zelfstandigen) was eind 2015 maar liefst 11,7% van de zelfstandigen ouder dan 65 nog aan de slag, waarvan 81 tussen 95 en 100 jaar en negen honderdjarigen!
Bij zelfstandigen gaat het meestal om mensen met een vrij beroep: dokters, advocaten, boekhouders, architecten,... Hun job is fysiek minder belastend en ze houden van wat ze doen. En dan heb je nog ondernemers die geen opvolger vinden of verder werken omdat hun pensioen extreem laag is. Het gebeurt maar zelden dat bouwvakkers of mensen met een zwaar beroep na de pensioengerechtigde leeftijd hun beroep verder uitoefenen.
Wat politici ervan denken?
Deze regering zet duidelijk in op langer werken. Liefst zo lang mogelijk. Deze zomer keurde de ministerraad de maatregel goed dat wie na 45 loopbaanjaren verder werkt ook meer pensioen zal kunnen opbouwen. Vroeger gold 45 jaar werken als de limiet. Voor pensioenen vanaf 1 januari 2019 zullen alle effectief gewerkte jaren meetellen. Wie voor zijn pensioen kiest, kan ook nog altijd bijverdienen. Al levert deze bijverdienste geen extra pensioen op, terwijl je daar wel nog voor bijdraagt.
Ben je 65 jaar of heb je 45 jaar gewerkt, dan mag je onbeperkt bijverdienen. Ben je jonger dan 65 jaar of heb je minder dan 45 jaar gewerkt, dan moet je, wanneer je bijklust, rekening houden met inkomensgrenzen. Minister van Pensioenen, Daniel Bacquelaine, vindt het logisch dat mensen die een volledige carrière hebben gewerkt, worden bevoordeeld. En dan is er ook nog de fiscus die graag een graantje meepikt. Maar daar wil Daniel Bacquelaine iets aan doen: “gepensioneerden moeten ook fiscaal worden aangemoedigd om hun beroepsactiviteit verder te zetten. Nu worden ze fiscaal gestraft.”
Hoeveel mag je van de pensioendienst bijverdienen?
Onbeperkt bijverdienen bovenop je pensioen mag enkel als je 65 jaar bent of 45 jaar hebt gewerkt. Voldoe je niet aan één van deze twee voorwaarden, dan mag je maar bijverdienen tot een bepaalde grens. Hoeveel precies varieert naargelang je gezinssituatie (kinderen ten laste of niet), naargelang je bijverdient als loontrekkende/ambtenaar of als zelfstandige, en naargelang het type pensioen dat je krijgt (rustpensioen, overlevingspensioen).
Wat als je te veel verdient?
Verdien je meer dan de toegelaten grens, dan wordt je pensioen in het jaar dat je te veel verdient verminderd of valt het zelfs helemaal weg. Welke sanctie je krijgt, hangt af van het percentage waarmee je de toegelaten grens overschrijdt. Is dat minder dan 100%, dan wordt je pensioen verminderd met het percentage dat je bijverdient: verdien je bijvoorbeeld 12% meer dan wat je zou mogen bijverdienen, dan wordt je pensioen met 12% ingekort. Overschrijd je de toegelaten grens met meer dan 100%, dan wordt je pensioen voor het volledige kalenderjaar geschorst en moet je het dus het daaropvolgende jaar helemaal terugbetalen.
Wat als je een uitkering krijgt?
Een pensioen en een uitkering kunnen niet samen door één deur! Krijg je bijvoorbeeld een werkloosheids- of ziekte-uitkering, dan kan je die niet combineren met je pensioen. Behalve als je een overlevingspensioen krijgt. Dat kan je gedurende 12 maanden samen ontvangen met een sociale uitkering.
Hoeveel mag je bijverdienen van de fiscus?
Krijg je een pensioen, dan kan je van een belastingvermindering genieten omdat je een vervangingsinkomen ontvangt. Maar die belastingvermindering wordt geleidelijk afgebouwd als je inkomen een bepaalde grens overschrijdt. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als je een hoog pensioen hebt, maar ook omdat je naast je pensioen nog een ander inkomen hebt. Wat je exact netto overhoudt wordt dus mee bepaald door de afbouw van deze vermindering. Om te weten hoeveel er van je totale inkomen naar de fiscus zal gaan en of het dan wel nog de moeite is om bij te verdienen, laat je dit best vooraf berekenen. De Federale Overheidsdienst Financiën raadt aan om een simulatie te maken via de Tax Calc app.
Tax Calc
Via Tax Calc kan je anoniem het bedrag van je personenbelasting berekenen. Je kan op de website verschillende simulaties van de berekening uitvoeren, interessant als je wil weten welke fiscale gevolgen bijverdienen heeft. Je vindt deze online toepassing op https://financien.belgium.be
Raak je niet wijs uit deze module, dan kan je de FOD Financiën bellen (02 572 57 57) of binnenlopen bij een belastingkantoor in je buurt (ma-vr, 9-12 uur).
Bijverdienen in een flexijob?
In het Zomerakkoord is een extra mogelijkheid gecreëerd voor gepensioneerden die een centje willen bijverdienen. Vanaf 1 januari 2018 zal je ook als gepensioneerde een flexijob mogen uitoefenen in de horeca, bij de bakker, slager, kapper,... Werk je met een flexijob, dan is jouw bruto gelijk aan jouw netto, want je betaalt geen socialezekerheidsbijdragen en geen belastingen. Jouw werkgever betaalt een bijzondere RSZ-bijdrage van 25%. Uiteraard moet je ook hier de inkomensgrens in het oog houden, zodat je pensioen niet wordt verminderd of ingetrokken.
Bijverdienen als student?
Het klinkt misschien raar voor wie al met pensioen is, maar het kan. Volg je les in het hoger of universitair onderwijs en is studeren je hoofdactiviteit, dan kan je ook een job uitoefenen als student. Als je binnen de limieten van de studentenarbeid blijft, betaal je dan minder sociale bijdragen. Vorig jaar hebben voor het eerst meer dan een half miljoen studenten minstens één dag gewerkt als jobstudent. Onder hen 14 studenten van 65 jaar en ouder.
Moet je wat je bijverdient aangeven?
In principe moet je als gepensioneerde je beroepsactiviteit niet aangeven, behalve bij de eerste uitbetaling van je pensioen, als je een politiek of een ander mandaat uitoefent, als je in het buitenland werkt of als je een wetenschappelijke of artistieke job hebt. In al deze gevallen moet je je activiteit aangeven bij de Federale Pensioendienst als je bijverdient als loontrekkende of ambtenaar en bij de RSVZ als je bijverdient als zelfstandige. Je moet daarvoor een formulier, model 74, gebruiken, dat je kan aanvragen via het gratis nummer 1765. Je moet aangifte doen voor je je activiteit start of ten laatste 30 dagen nadat je gestart bent, of nog na de kennisgeving van je pensioen. Krijg je een gezinspensioen en de Pensioendienst vraagt jou of jouw echtgeno(o)t(e) naar je beroepsinkomsten of sociale uitkeringen, dan moet je binnen de 45 dagen antwoorden. Doe je dat niet, dan wordt je pensioen geschorst voor het jaar van de controle en alle daaropvolgende jaren, zolang je de gevraagde gegevens niet hebt doorgegeven.
Meer informatie via het gratis nummer 1765, ongeacht het stelsel waarin je (hebt ge)werkt: ambtenaar, loontrekkende, zelfstandige of via www.sfpd.fgov.be (Federale Pensioendienst)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier