Kattengras versus kattenkruid
Een kat die buiten kan heeft geen behoefte aan kattengras, een dier dat enkel binnen leeft wel. Het is daarbij belangrijk dat je het onderscheid kent tussen kattengras en kattenkruid.
Kattengras is makkelijk te krijgen en meestal het product van kiemende graanzaden, zoals gerst en tarwe, om er maar twee te noemen. Deze granen produceren malse jonge scheuten waar katten graag op kauwen en die ze inslikken. Kattengras voorkomt dat je kat aan je kamerplanten gaat knabbelen, die giftig kunnen zijn, en stimuleert het uitbraken van de haren die ze tijdens de zorgvuldige zorg voor haar vacht heeft ingeslikt. Die haren kunnen in het spijsverteringsstelsel immers haarballen of trichobezoaren vormen. Die kunnen dan op hun beurt de vertering vertragen en zelfs een occlusie veroorzaken, die behandeld moet worden. Sedentaire en zwaarlijvige katten lopen een groter risico’s dan katten die actief zijn of buiten kunnen.
Kattenkruid is een verzamelnaam voor diverse specifieke soorten kruiden met een uiteenlopend effect. Zoals catnip of kattenmunt, zo genoemd vanwege de geur van de bloem, en valeriaan officinalis. Deze kruiden hebben een kalmerend of euforisch effect op katten, en kunnen reacties uitlokken, zoals koprolletjes maken, in het rond rennen, speeksel produceren, spinnen enz. Maar niet elke kat reageert op dezelfde manier op een bepaald soort kattenkruid. Je kan deze planten vers of gedroogd gebruiken. En je kan ze ook in speciaal daarvoor ontworpen speeltjes stoppen om zo de interesse en activiteit van je kat te stimuleren. Je kat zal het kruid niet opeten, maar de geur bezorgt haar wel een goed gevoel en trekt haar aandacht.
Kortom: de termen kattengras en kattenkruid mogen dan wel op elkaar lijken, ze hebben een verschillende werking en ook andere effecten. Kattengras heeft invloed op het spijsverteringsstelsel, terwijl kattenkruid door middel van specifieke geuren inwerkt op het zenuwstelsel, als je kat er ontvankelijk voor is.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier