
Hartgezondheid: nieuwe inzichten over bloeddruk, cholesterol en preventie
Hoe zinvol is het om zout te schrappen en vanaf wanneer moet je je zorgen maken om je bloeddruk of cholesterol? Heel wat inzichten over hartziekten zijn de voorbije jaren bijgesteld. Een update.
“Veel adviezen die mijn collega’s en ik vandaag geven, verschillen soms grondig van wat we pakweg vijf of tien jaar geleden adviseerden. Dat geldt voor de technologische evolutie van heel wat behandelingen maar evenzeer voor wat betreft preventie”, aldus cardioloog Pedro Brugada.
Extra risicofactoren
“Aan de basisprincipes van wat de grote risicofactoren zijn voor hart- en vaatziekten is niet gemorreld”, benadrukt cardioloog prof. Thomas Vanassche (UZ Leuven). Dat rijtje blijft overeind: roken, hoge bloeddruk, cholesterol, overgewicht, te veel zitten, te weinig bewegen, ongezonde voeding, verstoorde slaap en een minder vlotte toegang tot gezondheidszorg. Door nieuwe inzichten weten we nu dat ook omgevingsfactoren een belangrijke impact hebben op hartziekten, zoals de leefomgeving, blootstelling aan milieu- en luchtvervuiling en lawaai. In tegenstelling tot de langer gekende risicofactoren, waarmee je zelf aan de slag kan, heb je als individu minder impact op de omgeving.”
Strengere aanpak
Een andere trend die zich de jongste jaren aftekent is dat de medische wereld een strengere aanpak is gaan hanteren. Zo is de drempel die bepaalt vanaf wanneer een cholesterolwaarde of een bloeddruk niet optimaal is voor hart- en bloedvaten, naar beneden opgeschoven. “We weten al lang dat hoe lager de bloeddruk en de cholesterolwaarden liggen, hoe lager het risico op hart- en vaatziekten is. Toch werd er vroeger vaak te lang gewacht met behandelingen, waardoor er nog steeds heel veel vermijdbare gevallen van hart- en vaatziekten zijn.”
Strenger en sneller behandelen betekent dat meer mensen die voordien als gezond werden beschouwd, in aanmerking komen voor een preventieve behandeling die hen langer jong en gezond kan houden. “Dit luidt ook een belangrijk maatschappelijk debat in: vanaf wanneer vinden we preventieve behandelingen zinvol? Hoe weeg je de lasten en kosten van medicatie af tegen de te winnen levenskwaliteit?”
Gepersonaliseerde preventie
Lagere drempels betekenen dus niet automatisch dat voor iedereen een behandeling ook nodig is. Prof. Vanassche: “Preventie is nooit een kwestie van ‘moeten’. Het nut van optimale waarden is dat ze je helpen om jezelf de vraag te stellen vanaf wanneer je iets extra kan doen om je gezondheid zo goed mogelijk te behouden. Daarvoor zijn er vandaag heel wat levensstijlingrepen en/of geneesmiddelen beschikbaar waarvan het effect aangetoond is. Belangrijk hierbij is dat we altijd naar het volledige plaatje van de risicofactoren kijken. Het einddoel is immers niet die bloeddruk of cholesterol op zich maar wel om je hart zolang mogelijk jong en gezond te houden. Hoe meer risicofactoren we perfect krijgen, hoe beter, maar we weten vandaag dat zoiets niet voor iedereen mogelijk is. We beseffen ook steeds beter dat levensstijl niet puur te herleiden is tot ‘wilskracht’. Net zoals onze genetische risicofactoren, is ook dit niet altijd eerlijk verdeeld.
Voor sommigen is een gezonde levensstijl moeiteloos en vanzelfsprekend, terwijl dit voor anderen een strijd blijft. Daarom bekijken we samen met de patiënt wat haalbaar is en stemmen we de gepersonaliseerde strategie daarop af. Zowel voor levensstijl als voor medicatie geldt dat we de keuze, dosis en intensiteit moeten personaliseren. Preventie mag geen ‘last’ zijn: het is niet de bedoeling dat je je nu slecht voelt om later langer goed te blijven.”
Preventie mag geen ‘last’ zijn: het is niet de bedoeling dat je je nu slecht voelt om later langer goed te blijven
Met de hulp van de CT-scan
Om hartziekten zo goed mogelijk te voorkomen, komt het erop aan die individuele risico’s accuraat in beeld te brengen. “Een andere evolutie die zich op dat terrein aftekent is het gebruik van gesofisticeerde metingen, biomerkers of beeldvorming. Een snel aan belang winnende aanpak is het maken van een CT-scan van de bloedvaten rond het hart, waarbij wordt gescreend op sporen van slagaderverkalking. Dat gebeurt onder meer bij mensen met een verhoogde bloeddruk of cholesterol maar waarbij toch twijfel is over de risico’s. Vertoont de scan al beginnende plaquevorming, dan heb je er alle baat bij om dat proces te stoppen door een behandeling omdat dit een goede voorspeller is van toekomstig cardiovasculair leed, zoals een infarct of beroerte.”
Hoge bloeddruk: strengere waarden
Die strengere drempelwaarden gelden ook voor hoge bloeddruk. Een optimale druk ligt vandaag op 120 mmHg over 80 mmHg. “Ook hier weten we dat een lagere bloeddruk nog beter is. De vraag is dus niet zozeer vanaf wanneer de bloeddruk ‘slecht’ wordt, maar wel vanaf welk ogenblik de voordelen van een behandeling duidelijk opwegen tegen eventuele kosten. Nu nemen we aan dat wanneer een bloeddruk hoger ligt dan 140 over 90, er sprake is van hypertensie. Daarvan is aangetoond dat je zonder medicatie op termijn schade oploopt.” Bij risicopatiënten (diabetes, hartziekte, overgewicht) werden die drempelwaarden recent zelfs nog verlaagd naar 130 over 80. Want het belang van een gezonde bloeddruk is allesbehalve nieuw: we weten al lang dat hypertensie in heel het lichaam zorgt voor vroegtijdige slijtage van de bloedvaten en de organen. Bij een hogere druk moet je hart bij elke hartslag wat harder pompen en krijgen ook je slagaders het zwaarder te verduren. Na verloop van tijd verhoogt dit de kans op cardiovasculaire aandoeningen maar ook op vasculaire dementie, een verminderd zicht en nierproblemen.
Bevind je je in de tussenzone met een licht verhoogde bloeddruk tussen 120 en 140 bovendruk en tussen 80 en 90 onderdruk, dan loop je eveneens al risico. “In veel gevallen kan je dit bijsturen via levens-stijlaanpassingen zoals meer bewegen en een goede aanpak van eventuele andere risicofactoren.”
Cholesterol: hoe lager, hoe beter
Had je vroeger een te hoge LDL-cholesterol (de zogeheten ‘slechte’ cholesterol), dan kreeg je als advies om cholesterolrijke voeding en alle vetten te weren. Intussen is duidelijk geworden dat de hoeveelheid en het soort vetten maar een beperkte invloed heeft op de LDL-cholesterol. “Nieuw is dat we nu meer kijken naar de impact van je metabole gezondheid, d.w.z. de hoeveelheid vetcellen in je buik (buikomtrek), hoeveel suikers je zoal opneemt en je insulinegevoeligheid. Een gezonde voeding beschouwen we nog steeds als een van de hoekstenen voor een gezond hart en gezonde bloedvaten. Alleen weten we nu dat dit met andere zaken dan de cholesterolwaarden te maken heeft.”
“De streefwaarden voor LDL zijn de voorbije jaren verschillende malen naar onderen bijgesteld. Een belangrijk verschil is dat we afstappen van een strikt onderscheid tussen een strenge aanpak van de cholesterol bij mensen met een hartziekte en een ‘soepelere’ bij wie dat niet heeft. In de plaats hanteren we nu een slimmere indeling in risicogroepen. “We kijken nu per persoon welk globaal risico iemand loopt op cardiovasculaire problemen en daarop worden de cholesterolstreefwaarden afgestemd.”
“Voor wie zich in de zeer hoog risicogroep bevindt (mensen met hartziekten, diabetes, nierziekten …) streven we naar een LDL-waarde lager dan 55 mg/dl. Bij de hoog risicogroep bedraagt dit minder dan 70mg/dl en bij matig tot laag risico ligt het streefcijfer op minder dan 100 mg/dl. Bij de eerste twee groepen is medicatie bijna altijd aangewezen terwijl dat bij matig tot laag risico individueel moet afgewogen worden.”
Een ander nieuw inzicht is de verhoogde aandacht voor de duur van blootstelling. Het gehalte aan LDL-cholesterol fungeert als een soort snelheidsmeter van de veroudering van je bloedvaten. Hoe langer je af te rekenen hebt met een verhoogde LDL, hoe groter de schade en omgekeerd: hoe vroeger je dit stopt, hoe meer langdurige gezondheidswinst. “Vergelijk het met pensioensparen, dat ook meer oplevert naargelang je er eerder mee start. Het is zeker geen taboe om al vanaf jongere leeftijd in te spelen op je cardiovasculaire risico’s.”
Alcohol
Vroeger luidde de boodschap: drink hooguit 1 à 2 glazen per dag om geen schade te berokkenen aan het hart. Rode wijn kreeg zelfs het etiket beschermend mee door de aanwezigheid van het antioxidant resveratrol. “Dat verhaal is achterhaald”, benadrukt dr. Pedro Brugada. “Recente grote studies tonen aan dat elke druppel alcohol toxisch is voor het hart. Er is geen veilige ondergrens, vandaar dat ik zelf volledig gestopt ben. Hoeveel schade je oploopt, hangt samen met je gevoeligheid voor alcohol en die is genetisch bepaald.”
Zo kan alcohol leiden tot een hogere bloeddruk en hartritmestoornissen triggeren. “Verder kan het de hartspier zelf aantasten zodat die minder goed gaat pompen. Zowel alcohol als een kater zorgen bovendien voor hartkloppingen”, beaamt psychiater en verslavingsexpert prof. Geert Dom. “Het goede nieuws is dat dat effect op de bloeddruk verdwijnt als je stopt met drinken.”
Recente grote studies tonen aan dat elke druppel alcohol toxisch is voor het hart. Er is geen veilige ondergrens
Cafeïne
Koffie werd vroeger met argwaan bekeken omdat het de bloeddruk zou verhogen, maar dat effect blijkt maar tijdelijk. Prof. Vanassche: “Vandaag wijzen onderzoeken er eerder op dat koffiegebruik een gunstige invloed heeft op de gezondheid. Een recente studie bij mensen die gevoelig waren voor hartritmestoornissen toonde bovendien aan dat de hoeveelheid cafeïne die ze innamen geen significant effect had op hun hartritme. Ook de gevoeligheid voor cafeïne is individueel verschillend, dus merk je dat je daar onrustig van wordt, dan kan je kijken of je jezelf beter voelt met minder koffie.”
Het verhaal van de energiedranken met toegevoegde cafeïne, ligt wat anders. “Die drankjes met hoge concentraties aan cafeïne mijd je best zoveel mogelijk. Als je hier frequent nood aan hebt, bevind je je in een situatie waarin je jezelf aan het forceren bent om door te gaan terwijl je lichaam naar rust snakt. Eenmalig kan dat geen kwaad, maar het mag geen dagelijkse routine worden.”
Bewegen, bewegen, bewegen
De nieuwe visie op beweging schuift een combinatie van drie componenten naar voren: minder zitten, cardio én kracht. Onderzoek van de universiteit van Oxford bevestigde dat twee uur langer rechtstaan, de bloedsuiker- en cholesterolwaarden al significant verlaagt. Te veel zitten wordt zelfs als onafhankelijke risicofactor gezien, ook bij wie regelmatig sport. “Daarnaast is het aanbevolen om drie keer per week matig (licht bezweet, verhoogde hartslag) tot intensief actief bezig te zijn. Hierbij gaat het hart meer bloed rondpompen, wat gezond is. Ten slotte is er terecht meer aandacht voor krachttraining, omdat je hiermee de spieren versterkt wat de metabole gezondheid verbetert. Doordat de spieren gevoeliger worden voor het opnemen van suiker uit het bloed zal je lichaam efficiënter omspringen met suikers, vetten en energie”, legt prof. Vanassche uit.
Zout
Het advies om alle zout uit je bord te weren bij hartproblemen mag eveneens de schop op. Dr. Pedro Brugada: “Toen ik als arts begon, was zout beperken een van de weinige middelen om o.a. hartfalen of hoge bloeddruk aan te pakken omdat natrium het bloedvolume doet toenemen. Vandaag weten we dat je van zoutbeperking geen wonderen moet verwachten en is volledig zoutarm eten niet meer aan de orde. De gevoeligheid van je bloeddruk voor zout is sterk genetisch bepaald en vaak moet je die al met driekwart terugschroeven om de bloeddruk een beetje te doen dalen. Dat neemt niet weg dat je beter geen zoutvat op tafel zet omdat we er sowieso al te veel van innemen onder meer via bewerkte voeding.”
Comfortabeler behandelingen
Op het vlak van behandelingen tekent zich een scherpe evolutie af richting krachtiger middelen, minder bijwerkingen en meer comfort. Voor heel wat mensen volstaat één combinatiepil per dag om de bloeddruk en/of de cholesterol voldoende te verlagen, terwijl daar vroeger meerdere geneesmiddelen voor nodig waren. Dankzij steeds meer langwerkende toepassingen neemt het comfort verder toe. Prof. Vanassche: “Zo is het nu mogelijk om de cholesterol langdurig te verlagen door slechts tweemaal per jaar medicatie in te spuiten. In de verre toekomst evolueren we mogelijks zelfs in de richting van behandelingen die nog langer werken, zoals gentherapie waarbij het cholesterolniveau met één ingreep blijvend kan worden verlaagd. Momenteel zit dat nog in een experimentele fase.” Ook voor langdurige bloeddrukverlaging zijn er nu middelen in ontwikkeling die maar om de zoveel maanden moeten toegediend worden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier