Help, mijn vrienden hebben een baby!
Als een vriend(in) op al wat latere leeftijd papa of mama wordt, kan dat ook jullie vriendschapsband onder druk zetten. Hoe overbrug je de kloof die er zo goed als zeker tussen jullie zal ontstaan?
“Achttien jaar geleden werd mijn boezemvriend André – hij was toen 44 – verliefd op een 20 jaar jongere vrouw”, vertelt Frédéric (61). “Twee jaar later werd hun zoon geboren. En nog eens drie jaar later kregen ze een dochter. Zeggen dat Andrés leven totaal veranderde, zou een understatement zijn. Samen op reis? Gaan stappen met de makkers? Op het laatste nippertje beslissen om samen een hapje te gaan eten? Allemaal voorbij! Werd ik bij hem thuis uitgenodigd voor het eten, dan was er nauwelijks tijd om te praten, want de kleintjes eisten al onze aandacht op. En als ze dan eindelijk in bed lagen, was André zo uitgeput dat hij in de zetel in slaap viel. En ik, die niet echt gewend was aan de tomeloze energie van kinderen, had barstende hoofdpijn!”
Klinkt dit je bekend in de oren? Dat is niet echt verwonderlijk: niet alleen worden we in België gemiddeld almaar later voor het eerst vader of moeder (+/- 30 jaar), ook ouderschap op veel latere leeftijd, wanneer de kaap van de 50 jaar in zicht komt, is aan een zeer duidelijke opmars bezig. Volgens Statbel, het Belgische statistiekbureau, is het aandeel van de 45-plussers bij de kersverse ouders tussen 2005 en 2021 met 64% toegenomen, van 4.118 naar 6.791 gevallen. Het gaat hoofdzakelijk om mannen, want het probleem van de biologische klok speelt bij hen amper. Maar er zijn ook almaar meer vrouwen die op latere leeftijd kinderen krijgen. In diezelfde periode steeg het aantal vrouwen dat na de leeftijd van 45 een kind kreeg, zelfs met 187%, van 124 naar 356. Een op de drie beviel van een eerste baby. “Maar meestal gaat het toch om een ‘bijkomend’ kind, verwekt bij vrouwen die na een scheiding in een nieuwe relatie zijn gestapt”, klinkt het bij Sylvie Anzalone, woordvoerster van het Office de la Naissance et de l’Enfance (ONE – de Franstalige tegenhanger van Kind en Gezin). “Interessant detail: volgens onze cijfers is ook het aandeel van de vrouwen die na hun 50ste nog een kind kregen, hoewel nog altijd miniem, spectaculair gestegen.”
Wat met de vriendenkring?
Hoewel ouderschap op latere leeftijd inmiddels grondig is gedocumenteerd, werd er aan één aspect van de kwestie tot dusver amper aandacht besteed: de impact op de relatie van de ouders met hun vrienden. De komst van een baby kan die vriendschapsbanden immers onder druk zetten, want de meeste andere ouders zien op die leeftijd hun kinderen het nest uitvliegen of worden binnenkort zelfs al grootouders. Vijftigers hebben – dat is althans de normale gang van zaken – niet al te veel kopzorgen meer, noch in financieel opzicht (het huis is afbetaald), noch op familiaal vlak (de kinderen staan op eigen benen of toch bijna), noch op het werk (ze hoeven niets meer te bewijzen). Kortom, ze zijn op een leeftijd beland waarop ze meer tijd hebben voor zichzelf, voor leuke activiteiten met vrienden en voor zelfontplooiing.
Een gouden raad voor vrienden: oordeel niet, want oudere papa’s en mama’s ervaren het ouderschap anders.
Uiteraard gaat het er totaal anders aan toe bij vijftigers die, al dan niet voor het eerst, met luiers in de weer zijn, ’s nachts niet kunnen doorslapen, hun kinderen naar de crèche of kleuterschool moeten brengen …”Als ik uitga met vriendinnen – we zijn allemaal rond de 50 –, is de kloof tussen zij die nog kleine kinderen hebben en de anderen frappant”, aldus de woordvoerster van het ONE. “Als ik het naar mijn zin heb, steekt het niet op een uurtje. Maar vriendinnen die nog kinderen van 7 of 8 jaar hebben, moeten sowieso vertrekken, zodat de babysit naar huis kan. Wanneer je op je 25ste mama wordt, boet je tijdelijk fors aan vrijheid in. Dat is bij ouders van 45-50 jaar niet anders.”
Hoewel niet per se problematisch, is de kloof dus erg voelbaar. Misschien leidt de situatie ook wel tot verwarring, en dan niet enkel qua beschikbaarheid of tijdsbesteding. De meeste vriendschappen zijn gebouwd rond gemeenschappelijke ervaringen en op gemeenschappelijke fundamenten (studies, werk, hobby’s of zelfs kinderen die samen in de klas zitten). Ouderschap op latere leeftijd wijzigt het aandachtsveld van de ouders in kwestie. Plots zitten die met andere vragen en twijfels, met andere bekommernissen. “Sommige kersverse ouders zijn beschroomd om die ter sprake te brengen, omdat ze zich bewust zijn van de kloof, terwijl anderen over niets anders meer praten, omdat ze op zoek zijn naar geruststelling of advies”, aldus nog Sylvie Anzalone. “Daardoor kan er wat ongemak ontstaan. Enerzijds omdat we allemaal weten dat wat werkt bij het ene kind niet per definitie iets uithaalt bij het andere. En anderzijds omdat we denken: ja, oké, jouw ukkepuk krijgt tandjes en jij wil weten hoe ik dat destijds aanpakte, maar mijn dochters zitten op de universiteit, ik ben daar al lang niet meer mee bezig.”
Totaal andere ervaring
Het onbegrip kan des te groter zijn omdat ouderschap op je 50ste nu eenmaal een totaal andere ervaring is dan op je 25ste. Misschien verloopt het rustiger, want je hoeft niet tegelijk aan een carrière te timmeren en je kunt dus meer focussen op je kind en op je gezinsleven. Anderzijds komt ouderschap op latere leeftijd met een heleboel specifieke bekommernissen: angst dat je ziek wordt of sterft en je kind niet zult zien opgroeien, schrik voor het oordeel van de andere ouders op school, de grote generatiekloof met je kind … En dan hebben we het nog niet eens over de vermoeidheid: eenmaal een bepaalde leeftijd voorbij, is het veel lastiger om te recupereren van een slapeloze nacht of een namiddag spelletjes doen met kinderen. En de grootouders kunnen doorgaans nauwelijks bijspringen, want als die nog in leven zijn, hebben ze sowieso een gezegende leeftijd bereikt. We heb-ben het heel vaak over de problemen van de sandwichgeneratie, die gemangeld zit tussen de zorg voor (klein)kinderen en die voor ouders in een woonzorgcentrum. Maar wat met 50-plussers die net papa of mama zijn geworden en dus full-time in de luiers zitten, terwijl hun eigen ouders hulpbehoevend zijn?
De vriendenkring beseft niet altijd hoe groot de verschillen zijn. Wie op veel jongere leeftijd kinderen heeft gekregen, kan in de verleiding komen om de situatie te vergelijken met zijn of haar eigen ervaring van weleer en er kritisch naar te kijken. Gedachten als ‘ja, hallo, we moesten ons daar destijds ook doorheen slaan, moet ze daar nu echt zo’n drama van maken? / Sinds ze is bevallen, is haar baby het enige dat haar nog interesseert. / Ik zou het niet meer kunnen, ik weet niet hoe zij/hij dat doet’ ... zijn nooit ver weg. “Een gouden raad voor de vrienden: oordeel niet, want oudere papa’s en mama’s ervaren het ouderschap anders. En aarzel vooral niet om concrete hulp aan te bieden: een gerecht bereiden dat ze enkel hoeven op te warmen, een paar uur of een nachtje op het kind passen …” Zo’n initiatief ver-sterkt de vriendschapsband, omdat je die kruidt met een ervaring die je samen deelt.
Een minder hechte vriendschapsband? Soms volstaat het om geduld te oefenen.
Dit gezegd zijnde, mag je er niet te veel aanstoot aan nemen als goede vrienden die op latere leeftijd vader of moeder worden, je wat in de steek lijken te laten en toenadering zoeken tot andere 50-plussers met kleine kinderen. “Van gedachten wisselen met mensen die in hetzelfde schuitje zitten, is voor ouders cruciaal”, benadrukt de woordvoerster van het ONE. “Wie ontdekt dat anderen met dezelfde problemen worstelen, voelt zich sowieso minder alleen.”
Oude taart versus jonge mama
Onbegrip en mank lopende vergelijkingen kunnen dus tot gevolg hebben dat oude vriendschappen lijken te verwateren, althans tij-delijk. Tot overmaat van ramp komt daar soms nog een andere kloof bij: die van de categorie waar je volgens de maatschappij toe behoort. “Rond kersvers ouderschap hangt een aura van jeugd. Mensen met baby’s, dat zijn dynamische mensen die bruisen van energie. Maar nader je de leeftijd waarop je oma of opa kunt worden, of ben je dat al, dan deelt de maatschappij je in bij de categorie van de gemoedelijke senioren die op hun retour zijn. Uiteraard strookt dit niet met de realiteit. Maar het is een vooroordeel dat nog altijd sterk leeft. Dat twee mensen die nochtans dezelfde leeftijd hebben, totaal anders worden gepercipieerd, valt niet altijd makkelijk te plaatsen, zeker niet voor vrouwen.”
Laten we echter niet uit het oog verliezen dat kleine kinderen niet klein blijven. En ook al heb je het gevoel dat jullie vriendschapsband ondanks alle goede wil gedurende enkele jaren wat minder hecht is, dan volstaat het soms om wat geduld te oefenen. Dat beklemtoont ook Frédéric in het vervolg van zijn getuigenis: “André wordt binnenkort 62. Zijn kinderen zijn nu 16 en 13 jaar. Omdat ze al wat zelf-standiger zijn, heeft hij nu meer tijd en zien we elkaar weer veel vaker. Hoewel dat een tijdlang een pak minder was, heeft zijn vaderschap onze band absoluut niet aangetast. En ik van mijn kant heb er nu een ‘neefje’ en een ‘nichtje’ bij. En ik ben dol op hen!”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier