Houd het gewicht van uw kat onder controle

Net zoals bij mensen is ook bij katten overgewicht schadelijk voor hun gezondheid. De kans op diabetes, blaasontstekingen, gewrichtsproblemen... neemt immers aanzienlijk toe.

De eerste paar weken zijn beslissend voor wat een kat later lekker vindt. Meestal laat de moeder aan de kittens zien wat lekker is en wat absoluut niet te eten is. Ze brengt ze ook naar de voerbak. Kittens die in deze fase altijd maar 1 soort voer krijgen, zullen later bijna niet meer aan iets anders wennen. Als u dus een jong poesje hebt, doet u er goed aan om voor afwisseling te zorgen en zowel droog- als nat voer te geven. Let er ook op het jonge poesje verschillende smaken te leren kennen.

Katten houden van privacy. Vooral tijdens het eten, willen ze niet gestoord worden. Wie meer dan één kat heeft, moet de bakjes op een voldoende grote afstand van elkaar zetten, zodat elk dier rustig van zijn eten kan genieten.

Wilt u uw kat een nieuw soort voeding geven of moet dat om gezondheidsredenen, schakel dan best niet meteen van de ene maaltijd op andere over. Laat het dier wennen aan het nieuw voer door elke maaltijd een beetje meer van het nieuwe voer door het oude voer te mengen.

Jonge katten moeten in het eerste jaar minimaal vier keer per dag eten krijgen. Een volwassen kat moet je liefst twee keer per dag voeren. Het gemiddelde gewicht van een volwassen kat bedraagt 3 tot 4,5 kilo (hoewel dit vanzelfsprekend licht kan variëren van het ene ras tot het andere). Zo’n volwassen dier moet per dag tussen 170 en 240 g voedsel krijgen.

Gezonde voeding en voldoende water

Katten kunnen bepaalde onverzadigde vetzuren niet zelf aanmaken en moeten deze dus via het voer opnemen. Om die reden is het beter specifiek kattenvoer te geven dan zelf eten voor uw poes te bereiden. Staat er op de verpakking dat het gaat om compleet voer, dan zitten alle noodzakelijke voedingsmiddelen er in de juiste verhouding in. Het maakt daarbij niet uit of het blikvoer is of korrels.

Een kat moet de hele dag door voldoende kunnen drinken. Zorg ervoor dat het waterbakje altijd gevuld is met water. Maak het bakje elke dag schoon. Katten drinken liefst nooit op de plek waar ze eten. Zet het drinkbakje dus voldoende ver van het etensbakje. En als het mogelijk is, zet dan meer dan één drinkbakje op verschillende plaatsen. Zo vermijd u ook dat de poes gaat drinken uit de schoteltjes onder planten, aan een lekkende kraan, uit de viskom...

Vermijd overgewicht

Tegenwoordig lijdt zowat één kat op vier aan overgewicht. Vooral bij binnenshuis levende katten vormt overgewicht een toenemend probleem. Ook na het laten castreren of steriliseren van uw kat, moet u erop toezien dat het dier niet te veel aan gewicht wint. Na de ingreep verandert het metabolisme van de kat waardoor de hoeveelheid voedsel die ze nodig heeft, daalt.
Helaas blijft overgewicht niet zonder gevolgen voor de gezondheid van de kat. Het kan leiden tot:

• gewrichtsproblemen, vooral bij oudere katten
• blaasontstekingen: vooral bij gecastreerde en gesteriliseerde binnenhuiskatten
• suikerziekte
• huidziekten: te dikke katten kunnen zich niet meer wassen zoals het hoort
• leververvetting.

Wat kunt u doen als uw kat te zwaar is?

Een kat die aan overgewicht lijdt, moet op dieet. Dat doet u best met specifieke caloriearme voeding en onder begeleiding van een dierenarts. Hij kan perfect bepalen hoeveel voedsel uw kat specifiek nodig heeft.

De kat mag tijdens het dieet enkel de voorgeschreven voeding eten en water drinken. Geen snoepjes en zeker geen eten van tafel! De voeding moet echt afgewogen worden en daar moet u – en vanzelfsprekend uw kat – zich aan houden.

Laat, zoals we eerder al schreven, de kat geleidelijk aan wennen aan de nieuwe voeding. Het is onmogelijk om een kat te verplichten een bepaalde voeding te laten eten. Ze kunnen zichzelf lange tijd uithongeren. Wanneer de kat gedurende 24 uur niet eet, geef dan terug zijn oude voeding. Deze weigering is meestal het gevolg van een te snelle overschakeling. De ideale snelheid waarmee dat gebeurt is verschillend van poes tot poes.

Een kat moet ook voldoende bewegen. Vandaar dat binnenshuis levende katten vaker overgewicht hebben dan katten die veel buiten rondlopen. Toch zijn er heel wat trucjes om katten ook in huis voldoende beweging te geven. Zorg bijvoorbeeld voor allerhande speeltjes, balletjes waar de kat achteraan kan lopen, een slinger die u achter u aan laat slepen en waar de poes achteraan holt, een veer aan een touwtje... Weeg ’s ochtends de juiste hoeveelheid voeding af en stop de korrels in meerdere voedingsballen (te koop in dierenspeciaalzaken). De kat krijgt haar eten al spelend! Verstop het eten op meerdere plaatsen en wissel die regelmatig af zodat de kat op zoek moet gaan naar haar eten.