Op zoek naar je verre neef in Amerika
Misschien heb je verre familie wonen aan de andere kant van de oceaan. Zo’n 500.000 Noord-Amerikanen zeggen vandaag af te stammen van Belgische emigranten. Ook benieuwd naar je Amerikaanse familie?
Ze zijn vertrokken omdat ze niets te verliezen hadden, met in hun karige bagage wat werktuigen, een stukje van hun cultuur, hun geboortestreek en hun vaderland. Het meest tastbare wat daar vandaag in de VS van rest zijn plaatsnamen zoals Antwerp in Ohio, Ghent in Minnesota, Belgium en Brussels in Illinois, Hoboken in New Jersey, Watervliet in New York, of nog, Charleroi in Pennsylvania. Tussen 1820 en 1970 zijn zo’n 200.000 Belgen naar Noord-Amerika verkast. “Als je dat aantal vergelijkt met andere nationaliteiten is dat peanuts, maar als je het afzet tegen de Belgische bevolking van toen, gaat het toch om een belangrijke groep”, zegt Marie Cappart, historica en genealoge. “Mijn ervaring doet me besluiten dat bijna elke ‘oude’ Belgische familie, die in de 19de eeuw in België verankerd was, een dichte of verre verwant heeft die naar de Verenigde Staten is uitgeweken.”
Gratis grond
Pure armoede was al te vaak de reden van die emigratie. In de 19de eeuw kende België behoorlijk wat economische en landbouwcrisissen, die boeren en arbeiders in zowel Vlaanderen als Wallonië op zoek deden gaan naar fatsoenlijkere levensomstandigheden. “Zoals elders in Europa waren toen ook in ons land ronselaars actief die het leven in Amerika erg rooskleurig voorstelden”, vertelt onze stamboomspecialiste. “Ze zwaaiden met aantrekkelijke aanbiedingen. Lappen grond bijvoorbeeld, die je gratis kon krijgen als je er een aantal jaren verbleef.”
Hun argumenten waren een schot in de roos. In sommige dorpen, met name rond Leuven en in Waals-Brabant, is meer dan 10% van de inwoners in enkele jaren tijd naar de Nieuwe Wereld vertrokken. Die emigranten schreven dan brieven naar het thuisfront om hun dorpsgenoten te overtuigen ook de oversteek te wagen. Op die manier bleef de uittocht duren. Een tweede emigratiegolf kwam er in de 20ste eeuw, na de twee wereldoorlogen. De vertrekkers toen waren mannen en vrouwen die in de oorlog alles waren kwijtgespeeld of gevallen waren voor de charmes van een yankeesoldaat.
Geen weg terug
Vrijwel altijd verkochten de emigranten al hun bezittingen om de overtocht te bekostigen, waardoor hun vertrek onherroepelijk en zonder kans op terugkeer was. De eerste groep emigranten reisde in helse omstandigheden. De derdeklassepassagiers zaten opeengepakt in het scheepsruim, in een soms weerzinwekkende promiscuïteit. Overlijdens onderweg waren niet zeldzaam. Later verbeterde de situatie aan boord, vooral na de oprichting, in 1871, van rederij Red Star Line in Antwerpen. De Scheldestad groeide snel uit tot de voornaamste vertrekhaven voor Europese emigranten naar de Nieuwe Wereld.
Eenmaal toegelaten tot het Amerikaanse grondgebied – wat niet altijd het geval was – vestigden de Belgische emigranten zich vooral in de Midwest en het gebied van de grote meren: Wisconsin, Michigan, Illinois, Minnesota, Indiana, Ohio... In mindere mate ontstonden er ook Belgische gemeenschappen aan de oostkust, Texas, Californië en Canada. Zoals alle migranten waren ze geneigd zich samen ergens te vestigen. In de stad Moline in Illinois ontstond een belangrijke gemeenschap Oost-Vlaamse boeren. Terwijl duizenden Walen zich in de omgeving van Green Bay aan het Michiganmeer vestigden.
Eendracht maakt macht
Maar het nieuwe leven van de emigranten was allesbehalve een sprookje. Ze maakten ijskoude winters door, begrepen weinig Engels en waren doodarm. Door die beproevingen ontstaat er echter een heel sterk gevoel van onderlinge verbondenheid. Vandaag noemen zo’n 350.000 VS-burgers zich Belgian Americans, Amerikanen van Belgische herkomst. Aan de overkant van de grens beroepen 180.000 Canadezen zich op Belgische voorouders. Samen meer dan een half miljoen mensen. “Ook vandaag zijn ze nog erg trots op hun roots en vormen ze (h)echte gemeenschappen”, weet Marie Cappart. “Dat zorgt bij hen voor een wat hybride levensstijl, waarin ze typisch Amerikaanse gebruiken mengen met gewoontes van bij ons.” (lees ook de getuigenis van Justin B. Claus).
Vandaag zijn die gemeenschappen een troef voor alle Belgen die op zoek gaan naar sporen van familieleden die ooit hun geluk gingen zoeken aan de andere kant van de oceaan. Want tal van Belgisch-Amerikaanse verenigingen proberen hun erfgoed te bewaren en zijn een geweldige hulp bij een stamboomonderzoek.
En dan nu, op zoek!
Bij je zoektocht ga je best stap voor stap te werk. Hoe krijg je zicht op de levensloop van een mogelijke voorouder die naar de Nieuwe Wereld is uitgeweken? Zoals bij elk stamboomonderzoek moet je vertrekken van wat je kent. Je eerste aanknopingspunt is de informatie die vandaag nog de ronde doet in je familie. Marie Cappart: “Vaak krijg ik een verhaal te horen over een wat mistige voorouder die met vrouw en kinderen vertrokken is. Eerst moeten we dan de identiteit van die voorouder zien te achterhalen en terugvinden in familiearchieven.” Helaas vind je in de officiële archieven van het land van oorsprong vaak weinig documenten over het vertrek van een emigrant. In het beste geval kan je achterhalen dat meneer of mevrouw X uit het register van de burgerlijke stand is geschrapt zonder verdere informatie. Wanneer je een familiestamboom opstelt, moet je daarom meteen alert zijn voor een overgrootoom die ineens verdwenen lijkt zonder een spoor na te laten.
Daarna kan je nagaan of die overgrootoom ooit een derdeklasseticket kocht op een pakketboot. Emigranten die inscheepten naar Amerika, werden bij vertrek en aankomst van de transatlantische schepen systematisch geregistreerd. “Jammer genoeg zijn de archieven van de Red Star Line, en dus ook de lijsten van passagiers die uit Antwerpen zijn vertrokken, niet bewaard gebleven”, zegt Els Baetens, verantwoordelijk voor de digitale collectie van het Antwerpse Red Star Line Museum. “De registraties bij aankomst, met name op Ellis Island, zijn wel bewaard en ook gedigitaliseerd. Je kan ze hier in het Red Star Line Museum of online bekijken (lees ook: Zoeken in 5 stappen). Maar verzamel, voor je op zoek gaat in de registers, eerst zo veel mogelijk informatie, vooral wanneer het om een vaak voorkomende familienaam gaat. Er zijn enorm veel Janssens en De Wildes vertrokken! Dat bemoeilijkt het zoekwerk.” Je moet ook weten dat de Engelstalige ambtenaren, bij de aankomst in New York, sommige namen van emigranten volledig hebben verbasterd. Ze gingen niet altijd nauwgezet te werk en vulden de formulieren slechts oppervlakkig in. Bijvoorbeeld door enkel te noteren dat de emigrant uit België kwam. “En dan moet je al flink volharden om een Van Damme from Belgium terug te vinden”, lacht Marie Cappart.
Leve Facebook!
Het vergt dus een minimum aan geluk – of aan doorzettingsvermogen – om een voorouder terug te vinden in een register. Vind je helemaal niets, dan is het einde verhaal. “Maar vind je wel sporen van je voorouder terug in de VS, dan is het meestal makkelijk om zijn verdere levensloop en nakomelingen op te sporen”, zegt onze stamboomspecialiste. “Want een familiestamboom opmaken is in de USA een hobby die veel meer ontwikkeld is dan bij ons. Op gespecialiseerde websites vind je online alle volkstellingen tot 1940 terug, compleet met index en al. Jaarboeken, registers van de sociale zekerheid, fotoalbums van laatstejaars van middelbare scholen: het is allemaal op het internet te vinden. Je kan natuurlijk altijd op moeilijkheden stuiten, maar meestal vind je toch de bronnen die nuttig zijn voor je stamboom en kom je uiteindelijk bij afstammelingen uit die in de jaren 60 of 70 werden geboren. En dat vergroot de kans dat je hen via Facebook of andere sociale media kan contacteren.” Dat is dan het moment om jezelf voor te stellen en, wie weet, een nieuwe familieband te smeden met die vergeten verre neef uit Amerika.
Justin B. Claus: “Plots heb je familie waarvan je het bestaan niet kende. Great!”
“Ik heb een diploma geschiedenis op zak en ben altijd gefascineerd geweest door de herkomst van mijn familie”, zegt de enthousiaste Belgian American, Justin Bobby Claus (30) uit Port Byron, Illinois. Een deel van zijn familie emigreerde in 1910 van de Westhoek naar de VS. Drie jaar geleden werd hij gecontacteerd door een verre nicht uit België. Dankzij social media heeft de familie aan beide kanten van de oceaan de banden weer aangehaald. “Normaal leef je in je kleine bubbel. Je wereld beperkt zich tot je naaste familie, je woon- en werkomgeving. Maar wanneer je in contact komt met verre familie waarvan je het bestaan niet kende, gaat er een nieuwe wereld voor je open. Ik vond dat echt geweldig! Toen we het nieuws hoorden, waren we superopgewonden. Ook nu praten we er vaak over. We willen dolgraag België bezoeken. We wisten dat onze bedovergrootmoeder van België naar de VS was geëmigreerd. Volgens mijn grootmoeder was haar moeder trouwens via brieven in contact gebleven met haar Belgische familie. Jammer genoeg zijn weinig Belgische gewoontes in onze familie bewaard gebleven, afgezien van de traditionele koeken met vanille en brandy die oma met kerst maakt. Het is mijn lievelingskostje. Ze bakt ze met een gietijzeren wafelijzer. Ik weet dat België een lange geschiedenis heeft en verdeeld is in taalgebieden, maar wat ik verder weet heeft vooral met de wereldoorlogen te maken. Meer kan ik over België helaas niet vertellen. Mijn geschiedenislessen dateren nog van toen ik aan de hogeschool zat.”
Zoeken in 5 stappen
1 Ga in je familie op zoek naar voorouders die verdwenen lijken zonder sporen na te laten. Verzamel zo veel mogelijk informatie over de potentiële emigranten: naam, geboortedatum, plaats van herkomst...
2 Ga na of je voorouder voorkomt op de lijsten van passagiers die op Ellis Island zijn ontscheept, de verplichte transitplek voor emigranten naar de VS, via www.libertyellisfoundation.org (eerst gratis aanmelden).
3 Het Red Star Line Museum biedt gratis online toegang tot de passagierslijsten via de websites van Ellis Island en Ancestry, een Amerikaanse genealogische zoekmachine. Een bezoek aan het museum zelf is een aanrader om de leef- en reisomstandigheden van de Belgische emigranten te leren kennen.
Red Star Line Museum, Montevideostraat 3, 2000 Antwerpen, www.redstarline.be
4 Heb je het familielid dat je zocht teruggevonden? Contacteer dan de verenigingen van Belgian Americans. Zij hebben soms namenlijsten met een zoekindex.
5 Zoek verder met Amerikaanse genealogische hulpmiddelen. Omdat je daar vaak voor moet betalen, kan het voordeliger zijn een beroep te doen op een professioneel genealoog. Reken 25 euro per uur en min. 10 uur om nog levende afstammelingen terug te vinden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier