Willem Wallyn: ‘Filmen is mijn kinderdroom’
Af en toe – zo eens in de 20 jaar – wil scenarioschrijver Willem Wallyn de regie over zijn script zelf behouden, omdat het hem zo nauw aan het hart ligt. Dat is het geval met ‘All of us’, een warm humoristisch verhaal over mensen die nog maar enkele maanden te leven hebben.
We spreken af in Brussel, dichtbij de filmschool waar Willem Wallyn niet naartoe mocht en nu scenarioschrijven doceert. ‘All of us’ kreeg bij de voorvertoning een staande ovatie op het filmfestival van Gent. Het thema – vier terminaal zieke patiënten en een onervaren gesprekstherapeute – is nochtans niet makkelijk.
Plus Magazine: Mensen met kanker, da’s geen evidente keuze.
Willem Wallyn: Toch heb ik geen drama gemaakt, maar een combinatie van melodrama en komedie. Als leraar scenario zeg ik altijd dat je geen stijlen mag mengen, ik heb het hier toch gedaan. Er moest genoeg humor inzitten. Achteraf bekeken denk ik dat ouder worden me heeft getriggerd. Er veranderen dingen waarvoor je geen verklaring hebt. In je gedrag, je houding, tegenover je kinderen, je werk. Ik stel steeds vaker vast dat ik ongelijk heb en dat vind ik prima. Vroeger had ik de behoefte mijn kinderen de juiste weg te tonen. Nu zie ik dat ze mijn hand nodig hebben, maar niet als leider, wel als vangnet. In het begin vecht je tegen het ouder worden op een onhandige manier. Van overdreven sporten tot meditatie. Ik zwem en mediteer graag en veel. Op een gegeven moment leer je aanvaarden. Er is een Japanse filosofie, wabi sabi, die zegt dat je de teloorgang der dingen moet accepteren. Is er een barst in je kom, hou van die barst. Dat geldt ook in mijn leven: als dingen stuk gaan, aanvaard ik ze en zie ze graag met dat stuk af. Op die manier in het leven staan is voor mij een absolute revelatie. Ik denk dat dit gevoel mij geïnspireerd heeft om dit scenario te schrijven, want ik heb geen terminale patiënten in mijn familie.
Ik stel steeds vaker vast dat ik ongelijk heb. En dat is prima.
Zit er veel van jezelf in de personages?
Er is de jongen die het moeilijk heeft om de dood van zijn mama te aanvaarden. Ik heb het ook erg moeilijk gehad met het overlijden van mijn moeder, als was ik geen kind meer. Ze is gestorven in 2001, toen ik 41 was, ten gevolge van een medische fout. Dat was een ongelooflijke schok. Dat zat denk ik nog ergens in mijn systeem en is er nu uitgekomen. Het slechte karakter van Lizzie, die iedereen uitmaakt, zit ook in mij. Net als de man die moeite heeft met ouder worden. De vader die absoluut zijn kind wil zien voor hij sterft, is iets wat je makkelijk in jezelf oproept wanneer je kinderen hebt. En ook de therapeute die prutst bij het leiden van de praatgroep is voor mij herkenbaar. Ik ben ook een prutser. En eigenlijk heb ik daar geen probleem mee.
Het hoofdpersonage verzwijgt de ziekte voor haar kinderen.
Sterven gaat niet over onszelf, maar over diegenen die we achterlaten. Wat gaat er met de kinderen gebeuren na ons? Dat is een universele angst van ouders. Sterven op zich doet geen pijn. En als we dood zijn weten we het niet meer. Het is ook mijn grootste angst: hoe gaan mijn kinderen reageren? Dat heb ik extreem doorgetrokken. Personage Kathy wil zichzelf vervangen opdat haar kinderen niet zoveel verdriet zouden hebben. Wat ik in de film probeer te zeggen is dat we allemaal een plan hebben van hoe we het zouden aanpakken als we weten dat we gaan sterven. Je hoopt de perfecte woorden te zeggen voor je gaat. Maar je kan dat niet plannen. Laat het komen, ’t is niet erg als het mislukt.
Zijn er dingen die jij absoluut zou willen doen voor je sterft?
Ik heb tot nu altijd de dingen gedaan die ik wilde. Ik ben op aandringen van mijn ouders rechten gaan studeren en 20 jaar advocaat geweest. Maar eigenlijk droomde ik van de filmschool, scenarist worden. Ik wilde ook graag kinderen, in Gent op een boot wonen. Ik heb gerealiseerd wat ik wilde, in de mate van het mogelijke. Dat is niet magisch. Het is gewoon hard werken en je gevoel volgen. Het helpt dat ik geen grote materiële verlangens heb. Ik droom niet van twee miljoen euro en een huis in Toscane. Integendeel, ik wil almaar minder.
Dus hier zit een tevreden man.
Ik zie meer het relatieve van dingen waar ik mij vroeger nerveus over maakte. Ik ben soms verbaasd over wie ik vroeger was. Wanneer er een nieuw boek uitkwam, moest ik dat meteen hebben om te kunnen meepraten. Ik heb nu kasten vol met boeken waarvan ik mij afvraag of ik ze ooit ga lezen. Ik relativeer de snelheid waarmee ik dingen moet volgen. Weet je, buiten een voetbalwedstrijd is er niets wat je live moet zien. Al de rest kan wachten. Ik vind het ook mooi mezelf te zien opgroeien in mijn kinderen. Dat klinkt klef, maar ik kan het niet anders zeggen. Ik heb drie kinderen van mezelf. En samen met mijn ex Freya ( n.v.d.r. Vlaams sp.a parlementslid Freya Vandenbossche) twee dochters opgevoed die ik ook als mijn kinderen beschouw. Ik herken mezelf in alle vijf.
Is een scenario schrijven een dankbaar beroep? Je staat zelden zelf in de spotlights.
Vandaag wordt de scenarist evenveel gerespecteerd als de regisseur. Hij is niet langer het kneusje dat zijn papieren afgeeft om het dan te laten verknoeien. Ik voel mij zeer gerespecteerd als schrijver, zowel door regisseurs, acteurs als producenten. Ik heb ook niet meer het gevoel dat ze het verknoeien. Dat sta ik trouwens niet toe. Als dat zou gebeuren, moet mijn naam uit de generiek.
Heb je als scenarist nog grip op wat er mee gebeurt?
Meestal geef ik af wat ik geschreven heb. Ik heb op dat vlak geen groot ego. Ik schrijf graag en veel voor anderen en hoop dat de regisseur het script naar een hoger niveau tilt. Als ik een reeks volledig zelf schrijf, moei ik mij meer op diverse niveaus dan wanneer ik bijvoorbeeld twee afleveringen lever voor een bestaande serie. Dat is dan ook een afspraak.
Is het vergelijkbaar met een roman schrijven ?
Scenario’s schrijven is een andere techniek, die al 2.500 jaar bestaat. ‘Poetica’ van Aristoteles is het ultieme handboek voor elke scenarioschrijver. Dat gebruik ik nog altijd. Het gaat om eenvoudige, universele regels. Alle Amerikaanse series zijn trouwens Aristoteliaans. Het ritme, de techniek, het verfijnen en analyseren: dat is mijn lang leven! Het is natuurlijk meer dan techniek: als je schrijft moet je diep in je eigen emoties durven te gaan, en daar niet beschaamd over zijn. Je moet ver in je eigen pijn, verdriet en ontroering durven kijken. En dan zelfdiscipline: elke dag om 7 uur achter de computer, 10 pagina’s per dag.
Van advocaat naar scenarioschrijver is een opmerkelijke stap.
Ik ben afgestudeerd in de periode dat Marc Didden, Stijn Coninx,... hun eerste films maakten en een advocaat nodig hadden. Meestal werd ik bij een film betrokken wanneer er iets fout liep. Soms moest ik een oplossing vinden op scenarieel vlak. Zo ontdekte ik dat je eigenlijk geen diploma van de filmschool nodig hebt om scenario’s te schrijven. Ik ben nog doorgegaan als advocaat tot ik voldoende financiële zekerheid had om een jaar zonder inkomsten te leven. Dat heb ik gebruikt om te schrijven.
Je eerste regie was erg persoonlijk. Over de Agusta-affaire in ’98, waarin je vader werd veroordeeld. Hoe kijk je daar op terug?
Dat zijn van die grote momenten die je leven doen kantelen en een blijvende impact hebben. Mijn vader ( n.v.d.r. toenmalig sp-politicus Luc Wallyn) die in de gevangenis terechtkwam, dat maakte van al mijn zekerheden onzekerheden. Ik heb toen gezien wat het betekent: een perskaravaan over je heen krijgen. Ik ging op zeker moment mijn vader bezoeken in de gevangenis en had een kap over mijn hoofd. Een van de journalisten trok mijn jas af. Ik heb de pers toen in de ogen gekeken en gevraagd te stoppen omdat het mij kapot maakte. Ach, het was toen natuurlijk ook een stukje zelfmedelijden. Ik was extreem beschaamd over de gebeurtenissen. Achteraf bekeken heb ik vanbinnen evenveel donkere kanten als diegenen aan wie ik ze verwijt.
Je komt uit een politiek nest, was acht jaar samen met een toppolitica. Loopt politiek als een rode draad door je leven?
Ik ben opgegroeid met het belang van politiek en ideologische keuzes hebben mijn leven bepaald. Dat zit in mij en ik vind dat niet slecht. Het nadeel is: je moet een dikke huid hebben. Ik heb het vaak gezien toen ik samen was met Freya, hoe verschrikkelijk agressief mensen kunnen zijn omdat je ideeën hebt en je overtuiging verdedigt. Dat is de negatiefste kant van politiek. Mensen roepen je na in de supermarkt. De haat die je soms voelt, is onvoorstelbaar. Voor de kinderen was dat zeer moeilijk. Zelf kan ik er beter tegen. Ik ben het type straatvechter: als ze mij aanspreken, ga ik er tegen in. Toch vind ik politiek nog altijd een van de edelste beroepen. Ik heb er de grootste bewondering voor.
Gebruik je wat je weet over het politieke milieu wel eens in je scenario’s?
In ‘De 16’ heb ik alle vuile truken dik in de verf gezet en ermee gelachen. Die satire was ook een cri de coeur omdat ik mij zorgen maak over de manier waarop politiek bedreven wordt. Maar ik geef nooit politieke boodschappen mee in mijn scenario’s.
Wat is het mooiste dat een filmmaker kan bereiken?
Mensen hard laten lachen en hard laten wenen. Entertainen en ontroeren.
All of us. Vanaf 8 januari 2020 in de bioscoop.
Willem Wallyn 26/09/1960 Ukkel
CARRIÈRE
Studeert Rechten aan de VUB
1983
Aan de slag als advocaat
1999
Scenario en regie langspeler ‘Film 1’
1999 TOT NU
Scenario’s voor tv-reeksen: onder meer ‘De Rodenburgs’, ‘Zone Stad’, ‘Albert II’, ‘De Ridder’, ‘Aspe’, ‘Bevergem’, ‘Beau Séjour’
2016
Regie en scenario Wetstraatsatire ‘De 16’
2019
Regie en scenario langspeelfim ‘All of Us’
2001 TOT NU
Doceert scenarioschrijven aan RITCS Brussel
PRIVÉ
Vader van Luna (25), Oscar (20) en Moses (10)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier