De nieuwe regering wil de wettelijke pensioenleeftijd geleidelijk aan optrekken tot 66 jaar in 2025 en tot 67 jaar in 2030. Een Europese trend, zo wordt beweerd...
De wettelijke pensioenleeftijd optrekken tot 67 jaar brengt deze beter in overeenstemming met de levensverwachting in België. Die levensverwachting wordt voor de periode 2010-2015 geschat op 78 jaar voor de mannen en 83 jaar voor de vrouwen. Maar de werkelijke pensioenleeftijd (de leeftijd waarop de Belgische mannen en vrouwen daadwerkelijk met pensioen gaan) ligt meestal een stuk lager dan de wettelijke pensioenleeftijd: de gemiddelde Belg gaat op 59 jaar met pensioen (vanzelfsprekend zijn de zeer talrijke brugpensioneringen – intussen werkloosheid met bedrijfstoeslag genoemd – opgelegd door enkele grote bedrijven dit gemiddelde niet ten goede gekomen). Deze kloof tussen de werkelijke leeftijd en wettelijke pensioenleeftijd bestaat bijna overal in Europa. Maar wat is wettelijke pensioenleeftijd in onze buurlanden?
Huidige pensioenleeftijd in Europa
67 jaar: Noorwegen
66 jaar: Ierland, Italië (62 voor vrouwen)
65 jaar: Duitsland, Oostenrijk (60 voor vrouwen), Denemarken, Spanje, Finland, Luxemburg, Polen (60 voor vrouwen), Verenigd-Koninkrijk (61,5 voor vrouwen), Zweden, Nederland, Portugal, Zwitserland (64 voor vrouwen)
63,5 jaar: Hongarije
60 jaar: Frankrijk (62 vanaf 2017).
Welke landen voorzien een verhoging van de pensioenleeftijd?
Drie landen plannen om de pensioenleeftijd op te trekken naar 67 jaar:
Nederlland en Italië in 2021
Duitsland in 2029
En het Verenigd-Koninkrijk is van plan om der wettelijke pensioenleeftijd in 2046 op te trekken naar... 68 jaar! Bron: Le Soir
