Utrecht, langs, in en op het water
Die van Amsterdam is wereldberoemd, maar ook Utrecht heeft zijn grachtengordel. Minder toeristisch uiteraard maar zeker even gezellig, in een studentenstad die bovendien kan uitpakken met enkele unieke musea.
Ook dit jaar bundelen de Nederlandse kunststeden hun krachten tijdens het evenement Holland Art Cities dat tien topmusea (in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) in de kijker zet. Van deze vier steden is Utrecht het minst bekend, maar ten onrechte, zo ondervonden we.
Klein-Amsterdam
Vanuit het Centraal Station hoeven we maar de Stadsbuitengracht over te steken en we staan meteen in de gezellige, verkeersluwe historische binnenstad. Opletten voor de fietsers luidt hier de boodschap want dit is de grootste universiteitsstad en dan ook nog eens Nederland.
Met haar middeleeuwse decor heeft Utrecht iets van Gent, terwijl het kleinschaliger en gemoedelijker is dan Amsterdam. Bijvoorbeeld op het Domplein zijn de middeleeuwen nog heel dichtbij. We kuieren wat rond in de smalle straatjes met boetieks en langs kerken, hoven en kloostergangen maar het zijn vooral de grachten die de sfeer bepalen. Je kunt ze heel gezellig in een open boot verkennen.
Toen in de middeleeuwen het water in de grachten daalde, besloten de Utrechtenaren kaaikelders te bouwen op waterniveau, zodat de koopwaar vanuit een boot zonder veel tilwerk meteen in de kelders kon worden opgeslagen. Die kelders zijn vandaag omgebouwd tot restaurants en cafés met terrasjes, enkele meters onder het straatniveau zodat het water ons letterlijk aan de voeten staat. Uniek en heel gezellig, zowel overdag als ’s avonds.
Van Rietveld tot Nijntje
Tussen de Oude en de Nieuwe Gracht, in het Museumkwartier liggen de twee grote musea die deelnemen aan Holland Art Cities. Het Museum Catherijneconvent vertelt het verhaal van het christendom in de Nederlanden en is ondergebracht in één van de oudste kloosters van de stad. Onderweg lopen we door een straat met piepkleine middeleeuwse huisjes. Deze zogenaamde vrijwoningen werden door rijke burgers gebouwd voor de armen. Op die manier hoopten de weldoeners zich te verzekeren van een plaatsje in de hemel.
Het Centraal Museum vertelt de geschiedenis van de stad en toont oude en moderne kunst en mode. Het is internationaal bekend omdat het de grootste Rietveldcollectie ter wereld bezit, met o.a. de beroemde Rood-blauwe stoel (1925). In oktober opent hier Rietvelds Universum, een grote expo rond de Utrechtse architect-ontwerper en zijn tijdgenoten.
Aan de overkant van de straat wippen we ook even het kleine museum binnen over een Utrechtse figuur die nog beroemder is dan Rietveld, Nijntje. Het was in 1955 dat Dick Bruna dit beroemde konijn voor het eerst tekende. Intussen verschenen zijn avonturen in meer dan 40 talen.
Uitbundige dansorgels
Maar de gekste plek is het Nationaal Museum van Speelklok tot Pierement. Honderden zelfspelende mechanische instrumenten van de 15de eeuw tot vandaag staan hier: van muziekdoosjes tot kamervullende dans-orgels, vaak van Belgische makelij. Met veel zin voor theater en door-spekt met grappige anekdotes, leidt de gids ons langs de meest bizarre in-strumenten zoals een pianola waarop drie violen zijn gemonteerd die alledrie tegelijk met een automatisch ronddraaiende strijkstok worden be-speeld. Als de grote dansorgels luid klinken, lijken de tijden van de dancehalls weer tot leven te komen.
Praktisch
Hoe geraakt u er? Utrecht ligt op 175 km van Brussel en is vlot bereikbaar met de Thalys (en aansluitend een IC-trein) of een IC-trein: www.nmbs.be
Waar slaapt u? In het trendy Court Hotel in het museumkwartier, ondergebracht in het voormalige gerechtsgebouw: tel. 00 31 30 233 00 33 en www.courthotel.nl
Waar krijgt u meer info? Nederlandse Dienst voor Toerisme, tel. 02 543 08 00, www.holland.com, www.hollandartcities.com. Of ter plaatse: VVV Utrecht, Domplein 9-10, tel. 00 31 30 236 00 00, www.utrechtyourway.nl
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier